STARTPAGINA

OMGEVING

CULTUUR

VAKANTIE

LINKS

NIEUW

VRAAG EN ANTWOORD

CONTACT

  

Zoeken:
op internet
op deze site


Gitanos

Gitanos zijn zigeuners. Ze maken 2 procent van de Spaanse bevolking uit. Tegenwoordig wordt algemeen aangenomen dat de Gitanos afkomstig zijn uit uit de Noord-Indiase regio genaamd "Sindh", op heden ligt deze streek in West-Pakistan. De Gitanos moesten die streek verlaten door de invasies van de Mongolen in het voetspoor van Gengis Khan. Ze zwierven rond en vestigden zich tenslotte in het huidige Egypte.

Nadat ze uit Egypte verbannen werden, trokken ze als een enorme groep naar Tsjechië en Slowakije. Omwille van hun grote aantal waren ze daar niet echt welkom. De groep viel uiteen in drie kleinere groepen die verspreid raakten over Europa:
1/ Rusland, Hongarije en Polen
2/ De Balkan en Italië
3/ Frankrijk en Spanje
De onderdanen van Gitano-koning Sindel beslisten hun namen te "verspaansen": Sindel werd Miguel, András werd Andrés en Pamuel werd en Manuel. De eerste vermelding in Spanje van de aankomst van Gitanos dateert uit 1447.

De Gitanos noemden zichzelf "Ruma Calk", wat "mensen van de vlaktes"betekent. Ze spraken Caló, afgeleid van het Hindi dialect Maharata. Tot eind van de 20e eeuw leefden ze voornamelijk nomadisch: rondtrekkend van streek naar streek. Beroepsmatig waren ze meestal scharenslijpers, herders, hoefsmeden, paardenfokkers, ambachtslieden, ...

Kort na de aankomst van de Gitanos in Spanje ontdekte Columbus Amerika. Ze kwamen op een slecht moment aan want in hetzelfde jaar 1492 werd een einde gemaakt aan de Moorse bezetting van Spanje. De Katholieke Koningen Ferdinando en Isabel wouden een religieuze zuivering doorvoeren, vooral gericht tegen Joden en Moslims. Deze repressie en uitdrijvingen hielden ongeveer 2 eeuwen aan.

Ook de Gitanos ontsnapten niet aan deze "bekeringsijver" doordat ze opvielen met hun nomadische levenswijzen en Caló-taal. Deze taal heeft een grote invloed van Spaan gekend maar tevens de Spaanse taal met vele woorden verrijkt, vooral in Andalusië. De Katholieke Koningen verboden de Gitanos hun eigen taal te spreken en verplichtten hen een vaste woonplaats te nemen.

Gedurende de 16e eeuw werkten velen van hen in mijnbouw en leefden ze dikwijls in bergachtige streken waar veel Joden, Moslims en Gitanos zich verborgen hielden tegen de verplichte bekering tot het Katholicisme van Staat en Kerk. De meeste Gitano-feesten moesten dan ook in het geheim plaatsvinden, zelfs wanneer rijke Spanjaarden hen bij voorbeeld uitnodigden om muziek te komen spelen. Het grappige daaraan is dat de Gitanos in hun taal zongen over het onrecht dat hen werd aangedaan terwijl diegenen die hen dat aandeden toehoorden maar de tekst niet begrepen ...


Disclaimer | Copyright | Foto's | Bibliografie | Contact | Wettelijke vermelding


Bijzondere vakantie-huizen in Andalusië. Accommodaties op rustige lokaties, bijna alle voorzien van een privé-zwembad.



Spaans leren in Spanje.